001
De gebruikelijke waarde van een afstemcondensator voor kortegolftoepassingen is:

a   10 nF
b   100 pF
c   1 pF

-
N-09-03-001-vr
002
Een 2-meter EZB-zender veroorzaakt storing in een geluidsversterker.
LF-detectie wordt voorkomen door toepassing  van een weerstand van ongeveer  500
in de basisleiding van de 1e transistor en een C naar aarde.
De goede keuze voor C is:

a   100 nF
b   1 pF
c   100 pF

-
003
Het uitstralen van harmonischen kan worden verminderd door:

a   de staandegolfverhouding op de antennekabel te verbeteren
b   een laagdoorlaatfilter tussen de zender en de antennekabel te schakelen
c   een hoogdoorlaatfilter tussen de zender en de antennekabel te schakelen

-
004
Deze LC-kring, parallel aan de ingang van de ontvanger, dient om:

a   de bandbreedte van de ontvanger te verkleinen
b   een storend signaal uit te filteren
c   de bandbreedte van de ontvanger te vergroten

-
005
Welke maatregel kan worden genomen tegen het optreden van storing als gevolg van een aanwezig stoorveld?

a   het toepassen van een kunststof kast
b   het stabiliseren van de voedingsspanning
c   het toepassen van een gesloten metalen kast\

-
006
Een amateurzender werkend in de 21 MHz band veroorzaakt storing in de frequentieband 61-68 MHz.
De storing kan worden verminderd door:

a   de uitsturing van de eindtrap te verkleinen
b   de frequentiestabiliteit te vergroten
c   een hoogdoorlaatfilter achter de zender te plaatsen

-
007
Op grote afstand van een 21 MHz zender worden rasterstoringen ondervonden in de televisie-ontvangst op kanaal 4 (63 MHz).
De storingen kunnen worden opgeheven door:

a   frequentiemodulatie in de zender toe te passen
b   de afscherming van de antennekabel van de televisie-ontvanger te verbeteren
c   de harmonischen-uitstraling van de zender te verminderen

-
008
Ter voorkoming van oversturing van een TV-ontvanger door uitzendingen van een 2-meter zender, wordt in de antennekabel van de TV-ontvanger een filter geplaatst, afgestemd op 145 MHz.
Het juiste schema is:

a   schema 2
b   schema 3
c   schema 1

-
009
De meest effectieve schakeling om "laagfrequent inpraten" te voorkomen is:

a   schakeling 1
b   schakeling 2
c   schakeling 3

-
010
Een amateurzender werkend in de 21 MHz band veroorzaakt storing in de frequentieband 61-68 MHz.
De storing kan worden verminderd door:

a   een hoogdoorlaatfilter achter de zender te plaatsen
b   de uitsturing van de eindtrap te verkleinen   
c   de frequentiestabiliteit te vergroten

-
011
Een 10-meter zender veroorzaakt laagfrequentdetectie in een geluidsinstallatie.
Om de storing op te heffen worden de laagohmige luidsprekeruitgangen ontkoppeld door middel van condensatoren, parallel aan de uitgangen.
De meest geschikte capaciteitswaarde is:

a   10 picofarad
b   10 nanofarad
c   10 microfarad

-
012
Een amateurzender werkend in de 21 MHz band veroorzaakt storingen in de TV-ontvangst van kanaal 4 (61-68 MHz).
De storingen kunnen worden opgeheven door:

a   een hoogdoorlaatfilter in de antennevoedingskabel van de zender toe te passen
b   de eindtrap in klasse C in te stellen
c   een laagdoorlaatfilter in de antennevoedingskabel van de zender toe te passen

-
013
Een 10-meter zender veroorzaakt laagfrequentdetectie in een geluidsinstallatie.
Om de storing op te heffen worden de laagohmige luidsprekeruitgangen ontkoppeld door middel van condensatoren, parallel aan de uitgangen.
De meest geschikte capaciteitswaarde is:

a   10 picofarad
b   10 nanofarad
c   10 microfarad

-