N-03-01-001-vr
001
De vervangingsweerstand is:

a   300

b   150

c   33,3 



-
002
Drie weerstanden van elk 300 ohm worden parallel geschakeld.
De vervangingswaarde is:

a   300

b   900

c   100



-
003
De vervangingsweerstand is:

a   2,5

b   10

c   40



-
004
Twee weerstanden R1 en R2 worden parallel geschakeld.
De vervangingswaarde is:

a   gelijk aan het produkt van R1 en R2
b   gelijk aan de som van R1 en R2
c   kleiner dan R1 en kleiner dan R2


-
005
De vervangingsweerstand van twee weerstanden in serie:

a   is altijd kleiner dan de waarde van de kleinste weerstand
b   ligt tussen de waarde van de twee weerstanden in
c   is altijd groter dan de waarde van de grootste weerstand


-
006
Twee weerstanden van verschillende waarde zijn parallel aangesloten op een spanningsbron.
De warmte-ontwikkeling in de weerstand met de laagste waarde is:

a   gelijk aan die in de weerstand met de hoogste waarde
b   groter dan in de weerstand met de hoogste waarde
c   kleiner dan in de weerstand met de hoogste waarde


-
007
De spanning tussen de punten X en Y is:

a   1 V
b   3 V
c   2 V


-
008
Drie weerstanden worden parallel geschakeld. De waarden zijn: 10, 15 en 30 ohm.
De vervangingsweerstand is:

a   7.5

b   5

c   18,3


-
009
Het spanningsverschil tussen P en Q is:

a   2V
b   0V
c   4V


-
010
De schakeling wordt aangesloten op een batterij van 40 volt.
De stroom die de batterij levert is:

a   13,3 mA
b   8 mA
c   20 mA


-
011
In de schakeling is een hoog-ohmige voltmeter toegepast.
Nadat schakelaar S is gesloten geeft de voltmeter een spanning aan van:

a   12 V
b   2 V
c   10 V


-
012
De vervangingsweerstand van twee weerstanden parallel:

a   is altijd kleiner dan de waarde van de kleinste weerstand
b   is altijd groter dan de waarde van de grootste weerstand
c   ligt tussen de waarde van de twee weerstanden in


-
013
De vervangingsweerstand is:

a   5 K

b   4 K

c   4,5 K



-
014
lemand wil met vier staafcellen van 1,5 V een batterij van 6 V maken.
De juiste wijze van aansluiten is:

a   tekening 1
b   tekening 3
c   tekening 2
015
De schakeling geeft een spanningsverzwakking van

a   3 maal
b   2 maal
c   1 maal


-
016
De spanning XY is

a   4v
b   2v
c   1v


-
017
De inwendige weerstand van de ampéremeter bedraagt 1 ohm.
De stroom door de weerstand R is gelijk aan:

a   10 A
b   11/10 A
c   10/11 A


-
018
Bij het doorverbinden van de klemmen X en Y wijst de draaispoelmeter volle uitslag aan.

De uitslag halveert bij aansluiten van een weerstand tussen X en Y met een waarde van:

a   300 K

b   150 K

c   75 K



-
019
Drie weerstanden van elk 300 ohm worden parallel geschakeld
De vervangingswaarde is:

a   900

b   100

c   300



-